Wie is de regisseur?
Een trainer kan de autonomie van een sporter stimuleren zodat deze zelf verantwoordelijk wordt voor het leerproces en de gestelde doelen. Een atleet gaat nadenken over welke vaardigheden hij wil beheersen als er binnen een geleide training keuzes aangeboden worden en ruimte krijgt initiatief te tonen. Het is zinvol als de trainer een onderbouwing van de trainingsinhoud aangeeft en tijdens de training inspeelt op de leerbehoeften en ontwikkelingsmogelijkheden van de sporter. De wijze en het moment waarop informatieve feedback gegeven wordt speelt een belangrijke rol bij het bij het stimuleren van reflectie.
Reflectie stimuleren
Sporters met een goede zelfregulatie kunnen hun eigen leerproces regisseren. Zij denken mee over hun ontwikkelingsproces en dragen hierover de verantwoordelijkheid. Een trainer kan reflectie op de volgende manieren stimuleren;
1. Stimuleer zelfstandigheid, autonomie en zelfverantwoordelijkheid.
2. Leg het belang van bepaalde trainingsinhouden uit ter bewust making van de waarde van specifieke vaardigheden.
3. Houd rekening met de unieke behoeften en geef zinvolle feedback.
4. Behandel elke sporter als individu.
5. Bied zo nodig hulp als de sporter doelen voor op de korte en langere termijn stelt.
6. Prikkel het zoeken naar oplossingen
7. Bouw momenten in om te reflecteren.
Actieve houding
Het is voor een trainer prettig samenwerken met sporters die de vaardigheden metacognitie, motivatie en doelgericht gedrag bezitten. Een sporter laat een actieve houding zien in het gedrag ten aanzien van het eigen leerproces tijdens de trainingen. En andersom geldt ook: de sporter geniet van een samenwerking met een trainer waarin tijd voor reflectie geboden wordt, want deze zal beter zicht krijgen op wat hij al kan en wat hij beter wilt gaan beheersen. Gebruik kunnen maken van de vaardigheden die behoren tot zelfregulatie zal meer opleveren dan “achterover leunen zonder om te kijken”.
EnjoyYourTraining
Bron: Sportgericht 2014, nummer 2